Achtergrondinformatie subsidieregeling Cultuureducatie met Kwaliteit 2018

Scholen en cultuuraanbieders in 21 gemeenten in Overijssel (alle gemeenten behalve de steden Zwolle, Deventer, Enschede en Hengelo) kunnen van 1 april t/m 1 juni 2018 in de tweede ronde Cultuureducatie met Kwaliteit subsidie aanvragen voor: 

  • het borgen van een reeds ingevoerde leerlijn op school (type 1)
  • het invoeren van een bestaande leerlijn op een andere school (type 2)
  • het ontwikkelen van een nieuwe leerlijn (type 3)

Subsidievoorwaarden type 1-aanvragen (borgen leerlijn op school)

Scholen dienen deze aanvraag in

  1. Je aanvraag heeft betrekking op het borgen van de resultaten van een eerder uitgevoerd CmK project en is gericht op het structureel verankeren en verankerd houden van cultuureducatie in het curriculum en in de dagelijkse praktijk van je school. 
  2. De financiële ondersteuning stelt jouw school in staat een culturele instelling op school in te zetten voor het borgen van de bereikte resultaten. Deze borging dien je aan het eind van het project aan te kunnen tonen in de vorm van concrete resultaten zoals schooljaarplannen, borgingsdocumenten en georganiseerde bijscholingsdagen.
  3. De financiële ondersteuning is uitdrukkelijk niet bedoeld voor het aanschaffen van een methode of materiaal, het inkopen van voorstellingen en workshops of andere activiteiten die niet gericht zijn op het vergroten van de deskundigheid van het schoolteam. Ook mag de subsidie niet worden ingezet voor het aantrekken of in stand houden van een ICC-er.
  4. Als school beschik je over een ICC’er (of een leerkracht die als ICC’er is aangewezen) die voldoende taakuren heeft om de hem of haar toegewezen taken in het project te kunnen uitvoeren.
  5. Als school leg je zelf per kalenderjaar verantwoording af aan Rijnbrink via daarvoor vastgestelde formats. Hierin geef je onder meer weer:
  • welke activiteiten zijn uitgevoerd en door wie;
  • welke resultaten zijn gerealiseerd;
  • hoeveel uren je hier als school aan hebt besteed en;
  • hoeveel geld hiermee gemoeid was.
  1. Je werkt als school mee aan MONEVA (monitoren en evalueren) door het invullen van een schriftelijke vragenlijst.
  2. Rijnbrink kan een beroep op je doen om  je kennis en de behaalde resultaten te delen met anderen.
  3. Wij stellen het bij de communicatie over dit project zeer op prijs als je Rijnbrink als mede mogelijk maker noemt. 

Subsidievoorwaarden type 2-aanvragen (bestaande leerlijn, andere school)

Culturele instellingen dienen deze aanvraag in

  1. Je project richt zich  op het implementeren van een bestaande doorgaande leerlijn (inclusief deskundigheidsbevordering van leerkrachten) op een school die nog niet eerder heeft deelgenomen aan CmK. Activiteiten die je hiervoor mag inzetten zijn:
    1. Kleine aanpassingen in de bestaande leerlijn; 
    2. Deskundigheidsbevordering van leerkrachten gericht op inhoudelijke kwaliteit betreffende de discipline(s);
    3. Deskundigheidsbevordering van leerkrachten gericht op bijbehorende didactiek;
    4. Voorbeeld-/coachings- en/of feedbacklessen;
    5. Intervisies;
    6. Ondersteuning van de school bij het borgen van de leerlijn;
    7. Het  in netwerkvorm uitwisselen van ideeën en ervaringen tussen nieuwe scholen en “oude” scholen die werken met dezelfde leerlijn.
  2. Als culturele instelling leg je zelf per kalenderjaar verantwoording af over het project aan Rijnbrink via daarvoor vastgestelde formats. Hierin geef je onder meer weer:
    • Welke activiteiten zijn uitgevoerd en door wie;
    • Welke resultaten zijn gerealiseerd;
    • Hoeveel uren de betrokken school hieraan heeft besteed en;
    • Hoeveel geld er met de uitvoering van het project gemoeid was. 
  3. Op de betrokken school of scholen wordt een visietraject uitgevoerd. Rijnbrink heeft hierin een coördinerende rol.  
  4. Je werkt samen met de betrokken school mee aan activiteiten in het kader van MONEVA (Monitoring en Evaluatie).
  5. Voor nieuwe aanbieders is de training Moneva/Projectmanagement een verplicht onderdeel. Rijnbrink verzorgt deze training, deelname is gratis.
  6. Rijnbrink kan een beroep op jou als instelling en op de betrokken school doen op je kennis en resultaten te delen met anderen. 
  7. Wij stellen het bij de communicatie over dit project zeer op prijs als Rijnbrink als mede mogelijk maker wordt genoemd.

Maximale bedragen voor type 2-projecten

Maximale looptijd 2 jaar



Totaal aantal deelnemende leerlingen


Maximum bedrag per jaar



Minder dan 75 leerlingen

2.500



75-125 leerlingen

3.250



126-200 leerlingen

4.000



201-300 leerlingen

5.000



301-400 leerlingen

6.000



401-500 leerlingen

7.000



Meer dan 501 leerlingen

8.000



Subsidievoorwaarden type 3-aanvragen (ontwikkelen nieuwe leerlijn)

Scholen of culturele instellingen dienen deze aanvraag in

  1. Je aanvraag heeft betrekking op het ontwikkelen en implementeren van nieuwe leerlijnen en deskundigheidstrainingen op een school die nog niet heeft deelgenomen aan CmK. Voorbeelden van activiteiten zijn:
    1. Deskundigheidsbevordering van leerkrachten gericht op inhoudelijke kwaliteit van de discipline (s)
    2. Deskundigheidsbevordering van leerkrachten gericht op bijbehorende didactiek
    3. Inventarisatie van beschikbaar materiaal op de school
    4. Het ontwikkelen van lessen die samen de leerlijn vormen
    5. Voorbeeld-/coachings- en/of feedbacklessen
    6. Begeleiding van de school bij het verankeren van de ontwikkelingen in beleid
  2. Je legt als projectleider per kalenderjaar verantwoording af over het project aan Rijnbrink via daarvoor vastgestelde formats. 
  3. Op de betrokken school of scholen wordt een visietraject uitgevoerd. Rijnbrink heeft hierin een coördinerende rol.  
  4. Je werkt samen met de betrokken school mee aan activiteiten in het kader van MONEVA (Monitoring en Evaluatie).
  5. Voor nieuwe aanbieders is de training Moneva/Projectmanagement een verplicht onderdeel. Rijnbrink verzorgt deze training, deelname is gratis.  
  6. Rijnbrink kan een beroep op jou als instelling en op de betrokken school doen op je kennis en resultaten te delen met anderen. 
  7. Wij stellen het bij de communicatie over dit project zeer op prijs als Rijnbrink als mede mogelijk maker wordt genoemd

Maximale looptijd 3 jaar, geen maximaal bedrag vastgesteld

Er zijn geen maximaal beschikbare bedragen per project vastgesteld. Het gaat hier om nieuw te ontwikkelen projecten en daar hoort een gespecificeerde begroting bij. In ieder geval moet uit de begroting die bij de aanvraag wordt gevoegd blijken dat de culturele instellingen en de school samen 30% van de kosten matchen, bijvoorbeeld in de vorm van te investeren uren.